ABC Amsterdam
  |  Introductie  |  Nieuws  |  Contact  |  Steun & Adressen  |  Teksten  |  Achtergrond  |  Dossiers  | 
Introductie 
Nieuws 
Contact 
Steun & Adressen 
BE NL LUX 
AT DE CH 
ES PT IT 
Griekenland 
Oost Europa 
USA 
Teksten 
Mark Barnsley 
Thomas Meyer-Falk 
Achtergrond 
Dossiers 
Aachen 
Belgie 
Barcelona 6 
Hamed Hamed Belaid 
Roberto Catrino Lopez 
Spaanse Staat 






Dinsdag 7 maart, rond 20 uur. De gevangenen van het gebouw Ré A, waar Ali (1) trouwens ook zat, beslissen gemeenschappelijk om niet meer terug te keren van de binnenplaats en de komst van de directeur te vragen om eisen te stellen in verband met de problemen rond de boekhouding, de prijs van de telefooncommunicaties, de prijs voor een tv, de trage opname van het geld van de families naar de rekeningen van de gevangenen etc.

In het begin komen een 20-tal gevangenen overeen om de binnenplaats van het Ré A te blokkeren, maar op het moment dat ze terug naar binnen moeten, blijven er maar 5 over. 3 jongeren van Afrikaanse en 2 jongeren van Marokkaanse afkomst. De directie weigert elke dialoog en beveelt de 5 jongens om terug naar binnen te gaan, maar deze weigeren.

De politie wordt erbij geroepen. Een groep gemaskerde cipiers gewapend met matrakken en schilden grijpt in zonder enige dialoog en begint de 5 gevangenen zonder stoppen af te tuigen. Ze roepen racistische scheldwoorden zoals "vuile negers". De 5 jongens kunnen enkele metalen conservenblikken grijpen, die uit de ramen worden gegooid, om ze te gebruiken als wapens. Ze zijn in de minderheid en ze worden overweldigd en toegetakeld door voetstampen en matrakken. Eens op de grond worden hun handen vastgemaakt op hun rug met koolstofbandjes. De cipiers blijven hen schoppen en de jongens kunnen ze niet ontwijken. Eén van hen moet gehospitaliseerd worden. De dag nadien wordt de gevangenis en de omgeving belegerd met politie. De directie eist een collectieve straf van 24 u tegen alle andere gevangenen. Voor veiligheidsredenen worden de Afrikaanse gevangenen opgesloten in hun cel, uit schrik dat ze een solidariteitsbeweging op gang trekken tegen het racisme van de cipiers.

De cipiers, van hun kant, laten uitschijnen dat het de politie is die de gevangenen zwaar afgetuigd en verwond heeft. Alles wordt in het werk gesteld om de zaak in de doofpot te stoppen. De 5 gevangenen worden overgeplaatst met hun bulten en blauwe plekken naar andere gevangenissen. De pers, altijd op de bres voor de gevangenis, wil zelfs niet weten waarom de gevangenen de binnenplaats weigerden te verlaten. 1 jaar na de opstand van begin 2005 inIttre, moet een nieuwe opstand zeer snel gesmoord worden. Zoals gewoonlijk doet de linkse minister van Justitie over de hele zaak alsof haar neus bloedt, en laat de directie en haar vechtersbende ongestoord. Hoe kan ze zich socialist noemen en tegelijkertijd nazi's hun gang laten gaan op haar terrein? Vele cipiers delen het gedrag van de vechtersbende en de directie van Ittre niet. Eens te meer komt Ittre in het nieuws zonder dat wie dan ook zich afvraagt wat de redenen zijn van al dit kabaal rond deze zogezegde modelgevangenis. De directeur Mr. Fonck, ex-militair, bestuurt zijn gevangenis (we zeggen ZIJN gevangenis omdat hij praat over Ittre alsof het zijn bezit is), zoals een kazerne, maar vergeet dat vele jongeren zelfs niet weten wat het leger is. Het ergste is dat hij denkt dat hij handelt in het voordeel van de gevangenen door een discipline op te leggen die even dwingend is voor de gevangenen als voor de agenten. We hebben vernomen van het OIP (2) dat cipiers uit andere gevangenissen weigeren te komen werken in Ittre, omdat de werkomstandigheden moeilijk zouden zijn. Zoals elke goede militair, vertrouwt deze directeur volledig op zijn ondergeschikten en dekt hij de excessen af. Het is opmerkelijk dat het ministerie geen onderzoek doet na al deze gebeurtenissen, ofwel de resultaten ervan stilhoudt. Buiten deze bende vechters is de rest van het personeel redelijk inschikkelijk volgens de getuigenissen van gevangenen.

Er is geen laksheid van de directie, wel integendeel, het personeel wordt onderworpen aan een zeer streng reglement en worden ze zonder ophouden in de gaten gehouden door meerderen die op hun beurt ook geobserveerd worden door een nog hogere rang vormt een zeer militaristische hiërarchie. Het meeste personeel werkt hier om hun brood te verdienen en hun familie eten te geven, zonder handhaver van het recht of bestrijder van het onrecht te willen spelen.

We vragen dat er een administratief onderzoek wordt ingesteld in de gevangenis van Ittre met getuigenissen en opzichters en dat het gedaan is met die vechtersbende die zich als echte nazi's gedragen. Die nazibende is trouwens zeer laf, want telkens ze te maken heeft met fysiek sterke gevangenen roept de directie er het politie-eskadron bij om de* *lastige gevangene te overmeesteren.

We vrezen ervoor dat het geweld dat gepleegd wordt tegen de gevangenen zich zal keren tegen de meer inschikkelijkere bewakers, want ze moeten zich geen illusies maken, als men teveel aan de koord trekt, moet men zich verwachten aan represailles. Zoals dat het geval was in Nijvel, en dat lijkt de linkse minister van Justitie te vergeten ofwel kan het haar niet schelen. Het is ontoelaatbaar dat voor zo'n materiële eisen, die een antwoord konden krijgen, zo'n geweld gebruikt wordt. En dan te bedenken dat de directie, met de opstand van 2005 in het achterhoofd, de mogelijkheden heeft gegeven om 5 ongelukkige protesteerders met geweld te overmeesteren om aan de andere gevangenen een niet mis te verstane boodschap te geven *" kijk hoe we jullie gaan toetakelen als jullie een vinger uitsteken"

Naar de getuigenissen van gevangenen uit Ittre.

* Steungroep voor Ringolévios in de Belgische gevangenissen.*

1) Ali werd eind februari in elkaar geslagen door de Equipe C van de bewakers, daarna in het cachot gestoken. Toen hij na drie dagen het cachot mocht verlaten, sloegen ze hem opnieuw in elkaar en staken hem opnieuw drie dagen in het cachot. Zijn gezicht is totaal kapotgeslagen en zijn neus is gebroken.

(2) Observatoire International des Prisons